Categories
Close
Menu
Menu
Close
Zoeken...
Search

Text/HTML

 

 

Staalname voor bijbemesting in aardappelen

Staalname voor bijbemesting in aardappelen
Print

Het droge voorjaar van 2025 heeft de voorjaarswerkzaamheden in een stroomversnelling gebracht. In veel regio’s zijn de eerste aardappelen al in het begin tot midden april gepoot, wat eerder is dan gebruikelijk. Deze snelle start betekent ook dat het moment nadert waarop het belangrijk wordt om een grondstaal te nemen voor een bijbemestingsadvies. Zeker in percelen met late aardappelen kan dit zorgen voor een besparing op meststoffen met behoud van opbrengst.

Bij gefractioneerde bemesting wordt de stikstoftoediening bij het planten met 30% verlaagd, waarna de nodige aanvulling tijdens het groeiseizoen al dan niet wordt toegediend op basis van een grondstaal. Door twee weken na opkomst een staal te nemen, krijg je een duidelijk beeld van de stikstofvoorraad in de bodem, die dan getoetst wordt aan de resterende behoefte van het gewas. Zo kan je gericht bijbemesten en vermijd je zowel over- als onderbemesting, wat gunstig is voor de opbrengst, het milieu én je kosten.

Door de bemesting beter af te stemmen op het groeiverloop van de aardappelen gebruik je enkel wat nodig is, wat leidt tot een efficiënter gebruik van meststoffen en een lager risico op stikstofverliezen. Zeker in droge jaren, waarin de mineralisatie moeilijk te voorspellen is, biedt deze aanpak een betrouwbare en duurzame strategie.

 

Goede landbouwpraktijk

Belangrijk om weten is dat de Vlaamse overheid sinds begin april 2025 gefractioneerde bemesting in combinatie met bijbemesting op basis van een advies officieel erkent als goede landbouwpraktijk. Dat betekent dat landbouwers die deze techniek toepassen én dit correct vermelden in hun verzamelaanvraag, kunnen rekenen op een versoepeling van de bemestingsnormen. Die erkenning maakt het nog aantrekkelijker om deze werkwijze toe te passen. Het is een win-win: een mogelijkse besparing op meststoffen, meer flexibiliteit binnen de regelgeving en een verlaagde kans op te hoge nitraatresiduen.

Hoe je de bijbemesting invult, hangt af van het bijbemestingsadvies dat je ontvangt op basis van de staalname. Is het advies lager dan 40 kg N/ha, dan wordt aangeraden om met bladmeststoffen te werken. Deze kunnen tot begin juli worden toegepast en mogen bij voorkeur niet meer dan 8 à 10 kg N/ha per keer bevatten. Een groot voordeel is dat bladmeststoffen vaak kunnen worden meegegeven tijdens een plaagbestrijding, wat tijd en werkgangen bespaart.

Bij matige droogte en voldoende luchtvochtigheid, staan de huidmondjes open en worden bladmeststoffen beter opgenomen dan korrelmeststoffen. Korrelmeststoffen kunnen bij zowel lage als hogere bijbemestingsadviezen ingezet worden. Ze kunnen tot eind juni worden toegepast, maar vragen wel een aparte werkgang. In een droog seizoen is het belangrijk dat korrelmeststoffen tijdig oplossen, zodat de stikstof beschikbaar is op het moment dat het gewas het nodig heeft.

 

Wat moet ik doen?

Kortom, het droge voorjaar zorgt ervoor dat het bijna tijd is om een grondstaal te nemen in late aardappelen. Voor stalen in het kader van de terugverdienpraktijk (Map7) moet er een aanvraag gebeuren via Snapp zodat een erkend labo deze staalname kan uitvoeren. Ook zonder terugverdienpraktijk is het aangewezen de staalname te laten uitvoeren door een erkend labo aangezien het niet evident is om in de huidige droge omstandigheden een correct staal te nemen. Als er grond uit de bovenste (bemeste) laag in het boorgat valt, krijg je een vertekend beeld van de situatie. Door gefractioneerd te bemesten en bij te sturen op basis van een staalname, investeer je in een efficiënte teelt met duurzame resultaten. Vergeet dus niet tijdig een staalname aan te vragen bij een van de erkende adviserende labo’s en je aanpak te vermelden in de verzamelaanvraag.

 

Meer info

Lauren Verleysen

 

Comments are only visible to subscribers.

Ook interessant...