Categories
Close
Menu
Menu
Close
Search
Search

Ritnaalden aanpakken bij planten

Ritnaalden aanpakken bij planten
Print

Gescheurde weiden, percelen met een rijke geschiedenis aan gras, mais en groenbedekkers, vormen risicopercelen voor ritnaalden. Ritnaalden zijn de larven van de kniptor, zwarte tot bruinzwarte kevers. Ze staan bekend om hun vermogen om - als ze op hun rug liggen - zichzelf met een klik omhoog te gooien en weer op hun poten terecht te komen. De naam kniptor komt van het knippende geluid bij het omhoog springen.

 

Kniptor

Kniptorren overwinteren in de grond en komen in het voorjaar tevoorschijn. Ze vreten aan gras, granen en mais, maar veroorzaken geen schade. Van mei tot juni zet de kever eitjes af, bij voorkeur in vochtige grond op ruigten en in grasland. Ieder vrouwtje legt 50 tot 150 eieren, meestal op hoopjes in de grond. Na circa vijf weken komen de larven (ritnaalden) uit. De ritnaalden zijn hard, dun en maximaal 3 cm lang. Ze zijn te herkennen aan hun geel tot geelbruine kleur, een koperkleur (vandaar ook de naam koperworm). De grootste aantallen in oppervlakkige bodemlagen komen voor in de maanden april en mei. Bij droogte trekken de larven zich terug naar diepere lagen. In vochtiger omstandigheden, vaak in augustus/september, komen ze weer omhoog.

De eerste twee jaar voeden de ritnaalden zich met dode organische stof en veroorzaken in die tijd dus geen schade aan de gewassen. In het voorjaar van het derde jaar beginnen ze aan gewassen te vreten. De ritnaalden overwinteren diep in de grond. In het voorjaar, bij het opwarmen van de bodem, komen ze weer boven en kunnen aanzienlijke schade aanrichten. Na vier tot vijf jaar zijn ritnaalden volgroeid en gaan zich verpoppen. Na ongeveer 4 weken (in juli/augustus) komt de kniptor uit de pop. Die verblijft dan in de grond tot het volgende voorjaar.

 

Bestrijden

Er zijn maar 3 middelen die erkend zijn om ritnaalden te bestrijden: Nemathorin, Sherpa en Force Evo.
De erkende dosis van Nemathorin bedraagt 20 kg/ha voor een volleveld toepassing. Bij rijentoepassing kan deze dosis verminderd worden tot 7,5 kg/ha. 
Sherpa 0,8 MG is erkend in aardappelen aan een dosis van 24 kg/ha (in de rij!). De actieve stof van Sherpa (cypermethrin) is weinig tot niet mobiel in de bodem, vandaar de noodzaak van een goede verdeling (installeer een vissenstaart op de uitgang van de microgranulator!) en een hogere dosis dan in mais.
Ook Force Evo is erkend ter bestrijding van ritnaalden in aardappelen. Force Evo is een granulaat dat aan 16 kg/ha moet in de rug gemengd worden. Ook hier is een goede verdeling in de rug belangrijk. Alleen zo kunnen ritnaalden maximaal in contact komen met het middel.

Meestal bieden middelen tegen ritnaalden maar een beperkte bescherming in de tijd. Op het einde van het groeiseizoen - bij de tweede piek van ritnaalden - kan er alsnog schade ontstaan.

 

Akkerbouw IPM

 

 

Respecteer steeds de principes van IPM (geïntegreerde gewasbescherming)!

IPM in de akkerbouw (demonstratieproject met de steun van de het Departement Landbouw en Visserij)

 

Ook interessant...